De Werknemerscoöperatie
Op een bijzondere locatie, in de boardroom van Feyenoord, bracht Edward Belgraver een pluriforme groep mensen bij elkaar om in gesprek te gaan over een even bijzonder initiatief: Werknemerscoöperatie “De Werkgever”. De uitnodiging voor de bijeenkomst meldde al waar het Belgraver om te doen is: “Een contractvrije arbeidsmarkt waarbij iedereen een rechtvaardig perspectief heeft op bestaan met de zekerheid van inkomen.”
In zijn introductieverhaal legde Edgar zijn drijfveren verder uit: “De afgelopen twee jaar heb ik nagedacht over de vraag hoe we de arbeidsmarkt fundamenteel kunnen verbeteren. Al 120 jaar lang grijpt alles terug op het vaste contract. Dat vaste contract is de toegang tot vermogen of tot het duurzaam vormen van een gezin. En de sociale zekerheid is in de afgelopen 40 jaar alleen maar afgebouwd.
Ik ben ervan overtuigd dat we een aantal zaken fundamenteel anders moeten gaan doen. Daarvoor hebben we een nieuwe beweging nodig waaraan ik samen met jullie wil bouwen. Centraal staat dat we rust en zekerheid gaan terugbrengen door preventief te investeren in de beroepsbevolking. We gaan niet het accent leggen op de baan, maar op de loopbaan, gericht op een leven lang leren. We gaan sociale zekerheid op een andere manier organiseren. En we gaan uit van samenwerken op basis van fatsoen en gelijkwaardigheid.”
Een aantal sprekers met wie Edward Belgraver al actief in gesprek is volgen elkaar op. Paulien Osse trapt af met een toelichting op de wijze waarop haar organisatie Wageindicator.org een universele methodiek ontwikkelde om een eerlijk en leefbaar uurloon te berekenen.
Roos Wouters vertelt dat haar persoonlijke frustratie dat ze als zp’er overal kleine potjes pensioen opbouwde omdat ze op allerlei plekken werkte, aanleiding was om na te denken over alternatieve vormen: “Waarom koppelen we opleidingsbudget, pensioen en AOV niet aan mijn BSN in plaats van aan de werkgever?” vroeg ze zich af: “We zijn dat het burgerservicemodel gaan noemen. Het idee riep veel weerstanden op bij werkgeversverenigingen en traditionele vakbonden. Ik kwam erachter dat dit mensen waren die hun belangen en geld in die traditionele manier van doen hebben belegd.
Ik kwam in gesprek met Edward over onze plannen. ‘De overheid werkt niet mee’ vertelde ik hem. Op zo’n moment heb je een ondernemer als Edward nodig. Die zegt: laten we het dan gewoon zonder de overheid uitproberen binnen de bestaande wet- en regelgeving. En laten we een coöperatie oprichten waar we dit plan gaan organiseren om te kijken hoe we kunnen zorgen dat werkenden optimaal gezond en adaptief over de arbeidsmarkt kunnen bewegen.”
Emile van der Linde legt uit dat hij met zijn arbodienstverlener Goed ook op een radicaal andere manier naar de werknemer kijkt. “Mijn vader was blind en kon heel goed luisteren”, vertelt Van der Linde: “Voor de samenleving was hij die blinde man met die goede baan. Voor mij niet: ik ben opgegroeid met een vader die heel goed kon luisteren, niet met een blinde vader. Dat proberen wij te vertalen naar Goed: we kijken niet naar iemands beperking maar naar iemands talent, en dat talent stimuleren we optimaal.”
De traditionele instituties zijn de menselijke maat uit het oog verloren, vindt Van der Linde: “We zijn gedreven door wetten en regels en die norm zorgt ervoor dat we stoppen met nadenken: ‘U moet in de zesde week naar de bedrijfsarts’. En als u dat niet doet krijgt u een sanctie. Welke waarde spreken we aan, waar is het fatsoen gebleven? Dat je bij het UWV komt en dat ze eerst vragen hoe het met je gaat in plaats van constateren dat je een vinkje verkeerd hebt gezet?
Waar het bij ons over gaat is dat de medewerker zelf de regie heeft en dat het ook goed geregeld is als hij ziek wordt. De essentie is preventie. Bij ons is er een vaste professional voor elke werkende en die focust op preventie. We nemen proactief contact op met de medewerker en kijken wat hij nodig heeft om duurzaam inzetbaar
te zijn. De ene werknemer heeft niets nodig en een ander is stratenmaker en wil al op zoek naar steun om te zorgen dat hij niet op zijn 45ste uitvalt.”
Uiteindelijk draait het zowel bij arbodienstverlener Goed als bij Belgravers Coöperatie de Werkgever om hetzelfde, concludeert Emile van der Linde: “Voor ondernemers geldt: wat zou het fijn zijn als je je kunt aansluiten bij een club waar alles goed is geregeld waardoor je ook nog een goed werkgever bent. En voor medewerkers geldt: wat zou het fijn zijn als je bij een club komt waar je van tevoren weet dat het goed zit.” Ruud Scholten van de Salta Groep en Chhetri Ober van de Academie Werkend Leren gaan in op een andere pijler onder de Coöperatie de Werkgever: een Leven Lang Leren. “De urgentie van een leven lang leren wordt steeds groter’ stelt Scholten: “de halfwaardetijd van beroepen waar technologie een rol speelt is op dit moment vijf jaar. Dat betekent dat in die beroepen over vijf jaar de helft van je kennis niet meer relevant is. Wat mij bij Coöperatie De Werkgever erg aanspreekt is dat ze eigenaarschap nemen over de ontwikkeling van medewerkers, waar veel werkgevers dat als iets secundairs zien.”
“Wij zien dat het onderwijs voor een deel van de beroepsbevolking prima geschikt is, maar voor een deel niet”, zegt Chhetri Ober: “Als academie begeleiden wij mensen van werk naar werk of zonder werk naar werk en dat doen we 100% op de werkvloer, zonder dat ze naar school gaan. Wij zeggen: we weten niet precies wat iemand nodig heeft en we weten ook niet exact wat iemand kan. We weten het einddoel, maar we weten niet wat de we is. Daarom gaat het om maatwerk. Wij spreken van de gepersonaliseerde leerroute. Mensen hebben vaak een aversie tegen schools leren. ‘Ik ben niet van de boeken’, hoor je dan. Als je het onderscheid wegneemt tussen werken en leren en je doet dat in de context van werk, dan wordt het leuk.”
Edward Belgraver: “Van de 10 miljoen werkenden zit 1,6 miljoen in een zombiebaan, ofwel een baan die straks niet meer bestaat. En 2 miljoen mensen burnout-klachten. Het actief streven naar duurzame inzetbaarheid is noodzakelijk en ik zie de overheid daarin falen. Ons verhaal gaat ook over een rechtvaardig perspectief op bestaanszekerheid en dat gaat ook over ontwikkelen; wanneer je niet meer kan meebewegen op de arbeidsmarkt dan verlies je perspectief op inkomen, gezondheid en daarmee bestaanszekerheid, dan verlies je samengevat de kans op geluk.
Slotspreker is Wouter van Dieren, één van de boegbeelden van de Nederlandse milieubeweging en onder meer lid van de Club van Rome en oprichter van MilieuDefensie. “Er is een verband tussen Edwards plannen en onze activiteiten om destijds de milieubeweging op te starten. Wij stonden ook aan de basis van een ontwikkeling op een moment dat er niets was en we hebben door permanent leren dingen onder de knie gekregen. Er waren geen vakboeken en er was geen techniek, onze beweging is ontstaan door permanent waar te nemen, kijken wat er in
de omgeving gebeurt.” Uiteindelijk gaat het bij een revolutionaire beweging als Coöperatie de Werkgever
om de ‘Spreading of an idea’, betoogt Van Dieren “Hoe krijg je het idee geland in de samenleving. Als ik jullie hoor is dat de wens. En dan geldt: Je moet geen goedkeuring vragen, maar het afdwingen. Dat is met alle sociale vernieuwing gebeurd. Het gaat erom dat je opinieleiders definieert, zoekt en maakt. Je intervenieert, je produceert ideeën en je zorgt dat iedereen ze gaat volgen. En je vormt een beeld van potentiële coalitiepartners, zoals opiniegroepen, netwerken, werkgevers, pensioenfondsen, et cetera. Vestig een grote werkgroep en een adviesraad. Zorg dat je een selectie hebt van fijne en bijzondere mensen uit alle sectoren, niet alleen uit de sectoren die hier aanwezig zijn. Ga voorbij de grenzen van de eigen sector. Er moet een vereniging worden gevormd zodat de pionier een systeem om zich heen krijgt.” Aan het opbouwen van een netwerk van gelijkgestemden om zo samen te verder te werken aan een Coöperatie de Werkgever heeft de meeting in De Kuip een stevige bijdrage geleverd, constateert Edward Belgraver aan het eind van de meeting. “We laten de wetmatigheden los en gaan denken vanuit rechtvaardigheid: sociale zekerheid organiseren op een andere manier. We zijn vandaag voor het eerst in een bredere groep met elkaar in gesprek gegaan en dat is wat mij betreft een geweldige stap in de ontwikkeling naar een breed gedragen vereniging om dit uit te dragen om vervolgens de uitvoering te verzorgen door een door werkenden gedragen coöperatie De Werkgever.