Erfgoed in perspectief
Het werk van Jan van Beurden als inspiratiebron
In de wederopbouw van Wateringen na WOII heeft architect en directeur Openbare Werken Jan van Beurden een grote rol gespeeld. De periode kenmerkt zich door een groot gebrek aan woningen en materialen, maar ook door inventiviteit. De creativiteit zit in gemeenschappelijke voorzieningen en subtiele details die aan het oog van de argeloze voorbijganger ontsnappen. In 2021 is het 75 jaar geleden dat Van Beurden in dienst trad van de gemeente. Een mooie aanleiding om stil te staan bij de oplossingen die de schaarste heeft gebracht en na te denken over de vraag of het ook in de huidige woningcrisis tot inspiratie kan dienen. Dit kan tijdens de wandeling die de Historische Vereniging Wateringen-Kwintsheul (HVWK) op 19 juni organiseert ter gelegenheid van de Dag van de Architectuur.
Het Huis van Van Beurden
Met de Verhalenavond Het Huis van Van Beurden is vorig jaar een begin gemaakt om aandacht te vragen voor het werk van Jan van Beurden. Dat is gelukt. De uitzending op YouTube is inmiddels meer dan 500x bekeken en zijn archief met 212 werken is gedocumenteerd. Zowel de historische vereniging in Schipluiden als de HVWK hebben recentelijk in uitbereide artikelen aandacht besteed aan zijn vele werken, verdeeld over respectievelijk zijn voor- en naoorlogse periode.
Wat is mooi?
De oorlog betekende een stijlbreuk in het werk van Van Beurden. Geboren en getogen in Den Hoorn werkte hij zich op van timmerman tot architect en kon hij zijn creativiteit volop kwijt. Huisje Groot Genoeg aan de Woudseweg en het woonhuis voor De Bakker aan de Bovendijk 57 herinneren hieraan. Vanwege de verantwoordelijkheid voor zijn gezin koos hij voor meer zekerheid en kwam hij in dienst van de gemeente Wateringen. In 1946 was burgemeester Meissen aangetreden en de gemeentelijke opzichter was Bart Beukers. Samen met Jan van Beurden vormden ze het Directorium dat verantwoordelijk was voor de naoorlogse ontwikkeling. Bij zijn pensionering noemde Van Beurden zelf een aantal van 1800 woningen en duidde de burgemeester hun samenwerking als “drie gezworen kameraden”: Bart de rauwdouwer, Jan de techneut en hijzelf de regelaar”.
Jan van Beurden had goede contacten met het ministerie van Wederopbouw. Hij had geen rijbewijs en ging regelmatig met de taxi van Van Ooijen naar het ministerie waar hij veel voor elkaar kreeg. Zo ontstonden de duplexwoningen aan de Kwak en de huizen aan de Vlietlaan en de Vlotlaan. De grote woningnood en het tekort aan materialen en geld leidde tot een flinke versobering van zijn ontwerpen. Hij voelde zich steeds meer thuis bij de wereld van de Delftse School, die eenvoudig, ambachtelijk en traditioneel is. Het begrip mooi is subjectief en ook in deze context een kwestie van smaak. Na de oorlog overheerste pragmatisme, getuige de plavuizen die gebruikt zijn voor de gevels aan de Kwaklaan. Er werd gewerkt met materiaal dat voorhanden was. De woningen zelf waren niet groot, maar er was veel aandacht voor gemeenschappelijke speelruimtes, groenvoorzieningen en verenigingsgebouwen.
De schaarste duurde tot in de jaren zestig. Uit die periode dateren behalve de Kwak o.a. het Hofplan, de huizen aan de Harry Hoekstraat en Plan Zuid. Stuk voor stuk voorzien van vernuftige details. Van de werken uit die periode zijn de Wingerd, De Pius X school en delen van de Vlietwijk en Hofwijk al uit het dorpsbeeld verdwenen. De Eendenburcht staat op de nominatie om gesloopt te worden. Dat roept de vraag op of dit wenselijk is, niet alleen uit nostalgisch oogpunt of erfgoed perspectief, maar ook in het licht van veranderende woonwensen en inzichten. Er zijn creatieve oplossingen nodig om in het huidige gebrek aan betaalbare woningen te voorzien en doorstroming in de woningmarkt te stimuleren. Vraagstukken waar Jan van Beurden wel raad mee wist.
Van Beurdens werk als inspiratiebron
De behoefte aan alternatieve woonvormen is groot en de variatie is enorm. Zoeken op internet levert bijna een half miljoen resultaten op. In de serie Heilige Huisjes stelt woningcorporatiedirecteur Bernard Smits een derde weg voor tussen koop en huur. Een weg waarin de behoefte van burgers centraal staat, in plaats van de staat of de markt, en die de ontstane patstelling op de woningmarkt kan doorbreken.
De behoefte aan sociale samenhang en betaalbaarheid vormt daarin de rode draad. Dat bevestigt ook de enquête die Groepswonen Westland heeft gehouden. Zelfstandig wonen, maar ook ruimtes delen waardoor één plus één meer dan twee wordt. Er wordt ruimte gewonnen, meer gezamenlijkheid gecreëerd en eenzaamheid bestreden. Volgens Smits stijgt daardoor de woonwaarde en gaan de bouw- en exploitatiekosten omlaag. In Wateringen is al een groep actief die alternatieve woonvormen aan het verkennen is. Voor zover bekend speelt erfgoed daarin nog geen rol.
Functievermenging is nu het toverwoord
Jan van Beurden was beslist geen society architect, maar hij had wel oog voor erfgoed. Romeinse overblijfselen die werden gevonden bij de demping van de vaart en het uitgraven van de vijver voor Plan Zuid bewaarde hij. Bij gebrek aan een museum in Westland destijds belandde een deel van de collectie in het Museum voor Oudheden in Leiden. De huidige inrichting van het Hofpark met de Hofboerderij is een van de laatste wapenfeiten voor zijn pensionering.
In het essay Erfgoed als middel, recentelijk uitgegeven door de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, bepleit stadmaker Frans Soeterbroek de mogelijkheden om erfgoed in te zetten voor oplossing van problemen in het maatschappelijk-sociale domein. Functievermenging is daarvoor het toverwoord.
Van de 212 gedocumenteerde werken van Jan van Beurden is al 25% afgebroken en slechts één staat er op de monumentenlijst: Huisje Groot Genoeg. Een veelzeggende naam, die perspectief biedt in het licht van de huidige wooncrisis en de behoefte aan creatieve oplossingen in Wateringen. Geheel in de geest van Jan van Beurden.
Irmgard Bomers is schrijver, initiatiefnemer van WIN (werken in netwerken) en bestuurslid van I’M BINCK. De vermenging tussen verleden, heden en toekomst speelt een rode draad in al haar werk. Op dit moment is ze zich o.a. aan het oriënteren op alternatieve woon/werkvormen, met als doel een project waarin haar eigen woon/werkwensen kunnen worden gerealiseerd.