Inspired to change
Smaakmaker Ellen Sjoer is lector Duurzame Talentontwikkeling aan de Haagse Hogeschool. Haar lectoraat heeft in het boek: ‘Inspired to change a kaleidoscope of transitions in higher education’ onderbouwde inzichten, benaderingen en tools die het hoger onderwijs innoveren verzameld.
Ellen: “Onderwijsvernieuwing is voor de meeste docenten een sprong in het diepe. Met de inzichten in ons boek laten we zien wat ons heeft geïnspireerd en bieden we handvatten om aan de slag te gaan.”
Waarom een boek over onderwijsvernieuwing?
“Bestaande beroepen veranderen in een hoog tempo en er komen nieuwe beroepen bij. Een leven lang leren wordt steeds belangrijker. De vraag is: hoe kunnen opleidingen ervoor zorgen dat ze toekomstgericht zijn? Daar doet ons lectoraat onderzoek naar. Hogeschoolbreed, maar ook daarbuiten, in het werkveld. Verschillende onderzoeken zijn nu gebundeld in dit boek. We richten ons vooral op docenten: hoe kunnen zij nieuwe leerprocessen vormgeven, voor studenten én voor zichzelf, ieder op zijn of haar eigen wijze?”
Wat verandert er aan de leer-werkomgeving van hogeropgeleiden?
“Heel veel, zowel in het werkveld als in het hoger onderwijs zelf. Samen met studenten en docenten van Hogeschool Inholland hebben we onderzoek gedaan in verschillende sectoren. Bijvoorbeeld bij de politie, in de accountancy en onder verpleegkundigen. Daaruit blijkt dat het klassieke beroepsbeeld overal op losse schroeven staat. Denk bijvoorbeeld aan verpleegkundigen, die tegenwoordig veel meer doen dan alleen het verzorgen van patiënten. Hun vak wordt diverser en complexer: sommige verpleegkundigen worden researchverpleegkundige, andere groeien meer en meer uit tot zorgregisseur.”
Als verandering de enige constante is, hoe kunnen hogescholen dan nog toekomstbestendig opleiden?
“Spijker op de kop, dat is de vraag waar het om draait. Een van de belangrijkste manieren: door heel nauw samen te werken met het werkveld. We leiden op voor beroepen die nog niet bestaan. Dat vraagt om een ander soort onderwijs, met nieuwe, innovatieve leeromgevingen over curricula heen, samen met het werkveld en met meer aandacht voor 21st century skills. Leren wordt onbegrensder en een leven lang leren wordt de norm. Er zou niet zo’n harde scheiding hoeven te zijn tussen initiële educatie (onderwijs op de hogeschool) en permanente educatie (als je al bent afgestudeerd en actief bent in het werkveld). Als lectoraat doen we onderzoek naar die onderwijsvernieuwingen. Het is van groot belang dat leeromgevingen toegevoegde waarde bieden voor alle betrokkenen, zodat iedere student én docent zinvol kan bijdragen aan de samenleving en gemotiveerd blijft om te leren.”
Op welke manier helpt het boek docenten om zelf aan de slag te gaan met onderwijsvernieuwing?
“Het boek is geen toekomstvisioen. Later is allang begonnen. We laten zien wat er nu al gebeurt aan vernieuwing in het hoger onderwijs en welke inzichten, benaderingen en tools docenten verder kunnen brengen, evidence based. Elk kenniskringlid heeft gewerkt aan hoofdstukken over zijn of haar inzichten en ervaringen op het gebied van onderwijsvernieuwing en talentontwikkeling. Het boek telt dertien hoofdstukken met onderzoek waar je iets aan hebt. Van het effectief vormgeven van groepsopdrachten tot het stimuleren van de dialoog tussen docenten over mogelijke nieuwe rollen.”
Leren en ontwikkelen verandert in elke organisatie. Wat betekent dat voor het onderwijs?
“Onze opleiding HRM heeft daar bijvoorbeeld al op ingespeeld. Ze is afgestapt van het stramien van vaste vakken met één docent. In plaats daarvan werkt de opleiding met leerlandschappen, waarin cocreatie een grote rol speelt, tussen docenten, studenten én werkveld. Een team van docenten ontwikkelt een beknopt aantal thema’s. Studenten werken in leerteams aan praktijkproblemen, begeleid door docenten die flexibel worden ingezet. Kortom, een compleet andere aanpak en structuur. Als student volg je geen vak, maar werk je in een leerlandschap aan reële problemen die jou motiveren om oplossingen te vinden. Dat is veel meer in overeenstemming met toekomstige beroepssituaties.”
‘To develop your talent is to believe in tomorrow’, schrijven jullie in de inleiding. Denken hogescholen voldoende vanuit kansen en talenten?
“Helaas zit het denken in termen van tekortkomingen nog erg ingebakken in het hoger onderwijs. Dan heb ik het trouwens niet alleen over hoe we met studenten omgaan. Ook onderling zijn we als docenten niet scheutig met het geven van complimenten en het vieren van successen. We kijken te vaak naar wat niet goed gaat. Terwijl het barst van het talent op onze hogeschool! Ik ken veel docenten die vernieuwend bezig zijn, waaronder de leden van mijn kenniskring. Ze hebben allemaal een bijdrage geleverd aan dit boek en daar ben ik ontzettend trots op.”
Hoe kunnen we al die talenten in het hoger onderwijs boven water krijgen?
“Ook op dat vlak biedt ons boek praktische ‘tools’. Zo heeft ons kenniskringlid Rainer Hensel een gedegen talentenscan ontwikkeld die veel studenten al zicht heeft gegeven op hun kwaliteiten. Reinekke Lengelle leidt een life-and-career-writinggroep binnen de hogeschool. Door (creatieve) schrijfoefeningen gaan studenten en professionals een interne dialoog aan: wie ben ik? Wat wil ik, welke talenten heb ik en hoe zou ik ze willen inzetten voor mezelf en voor de samenleving? Zij onderzoekt de effectiviteit van deze schrijfoefeningen voor zelfreflectie en zelfsturing. Hoe komt iemand van een ‘eerste naar een tweede verhaal’?”
Wat roept het onderwerp onderwijsvernieuwing eigenlijk op bij docenten?
“Een interessante vraag. Een lid van onze kenniskring, Bart Lamboo, is naast docent ook praktiserend psycholoog. Hij heeft in het kader van het boek onderzoek gedaan naar de gevoelens van docenten. Hiervoor gebruikte hij aansprekende kaartjes met afbeeldingen. Wat blijkt? Als het gaat om blended learning, grijpen docenten bijna allemaal naar dezelfde kaart: een groep mensen die uit een vliegtuig springen en elkaar vasthouden in hun vrije val. Dat geeft wel wat aan: onderwijsvernieuwing kan enorm leuk en boeiend zijn. Maar zeker in het begin is het vooral doodeng.”
Onderwijsvernieuwing gaat niet vanzelf?
“Nee, denk maar aan die parachutesprong. Daar heb je echt moed voor nodig! Het is niet zo van ‘we gaan wel even een onderwijsvernieuwing’ doorvoeren. Om een verandering te laten slagen, heb je diverse soorten bronnen nodig, zoals inspirerend leiderschap, een mooie visie, een gemotiveerd en passend team en ‘last but not least’: ondersteuning en faciliteiten. Dat wordt in meerdere hoofdstukken uitstekend uitgewerkt.”